SPEELNIVEAU'S
OP TOERNOOIEN WORD JE MEESTAL INGEDEELD IN GROEPEN VAN DEZELFDE STERKTE
- minimale kennis van het spel
- minimale kennis van de regels
- kan enkele rally's spelen
- leert om te serveren
- ontwikkelt een forehand
- heeft moeite met terugslaan makkelijke ballen
- mist de bal soms volledig
- heeft een paar spelletjes gespeeld
- kent de lijnen, puntentelling en basis regels
- kan een korte rally spelen met spelers van gelijk niveau.
- kan slagen (forehand, backhand, volley, lob en service) laten zien, maar heeft duidelijke tekortkomingen in de meeste slagen.
- is bekend met de positionering in het dubbelspel.
- kan langere rally's spelen (mits traag tempo).
- kan eenvoudige volleys en backhands slaan
- begint met naar de non-volleyzone lijn te gaan om een volley te maken.
- is zich bewust van het ''korte spel" (balletjes vlak over het net)
- kennis van de regels is verbeterd.
- positie op het veld is zwak maar verbeterd
- consequenter in service en servicereturn (slaat matig harde ballen)
- verbeterde vaardigheden in alle slagen en plaatsing maar mist controle bij meegeven van richting, diepte of kracht aan de bal
- probeert lobs en dinks (korte bal over het net) met klein beetje succes en weet niet precies wanneer en waarom deze slagen te gebruiken
- verbeterde slag en heeft controle over richting bij middelmatige en (soms) snellere ballen.
- betere controle bij geven van richting, diepte en kracht aan de bal
- moet variëteit in slagen ontwikkelen
- toont soms agressief netspel
- begint te anticiperen op de slagen van de tegenstander.
- leert het belang van de strategie en teamwork in het dubbelspel.
- consequent en betrouwbare slagen, met controle richting van zowel forehand als backhand
- betrouwbare services, lobs, aanvallende slagen en volleys
- kan met enig succes effectballen slaan
- kan nu en dan fouten afdwingen met zijn service
- verliest soms rally's door ongeduld
- gebruikt dink shots en drop shots om het tempo van het spel te wijzigen.
- geeft blijk van 'de 3e slag strategieën': drop shot, lob of harde diepe slag als derde slag
- agressief netspel en teamwork in het dubbelspel is vanzelfsprekend.
- begrijpt de regels volledig en speelt conform
- begint het gebruik van hard slaan en het spinnen te beheersen,
- kan alle slagen met succes uitvoeren
- heeft controle over de diepte van zijn slag en kan omgaan met de snelheid
- begint de dink en dropshots te beheer-sen en kent hun belang voor het spel
- begint een bewuste keuze voor de 3e slag te maken
- heeft goed voetenwerk en gaat naar de non-volley zone zodra het nodig is
- begrijpt de strategieën en kan zijn speelstijl aanpassen op basis van de sterke en zwakke punten en positie van de tegenstander
- serveert met kracht en nauwkeurigheid en kan de snelheid en het effect van de service variëren
- begrijpt het belang van 'de bal in het spel houden' en het effect van fouten maken
- kiest de juiste soort slag
- anticipeert op de slagen van de tegenstander door op de juiste plaats te gaan staan
- beheerst alle vaardigheden en alle soorten slagen en kan deze gebruiken als wapen
- anticipeert excellent op slagen, plaatst zijn slagen extreem nauwkeurig en slaagt regelmatig 'winners'
- dwingt de tegenstander tot het maken van een fout door zelf de bal in het spel te houden
- beheerst de dink en drop shots
- beheerst de 3e slag keuze en strategieën
- maakt gebruik van zachte slagen, dinks en lobs om aanvallend te spelen
- beheerst de pickleballstrategieën en kan deze strategieën en stijlen van spelen variëren in de wedstrijden.
- blijft overeind in stressvolle situaties en wedstrijden tijdens toernooien
- is atletisch, snel en behendig